De eisen die aan het binnenklimaat gesteld worden hangen samen met de gebouwfunctie. Klimaatinstallaties voor verblijfsruimten worden gedimensioneerd op een bepaald toegestaan comfortniveau, overschrijdingen van deze grenzen zijn mogelijk. De mate waarin overschrijdingen mogen optreden bepaalt enerzijds de kwaliteit van het binnenklimaat en anderzijds de mate waarin installaties moeten worden aangewend om die kwaliteit te realiseren. “Kwaliteit” moet daarom worden beschouwd als de mate waarin aan gestelde eisen wordt voldaan.