SKB-BFY

Klimaat en gezondheid

Klimaat en gezondheid (9 lesuren) – docent Bert Slot

Het binnenmilieu is een belangrijke factor die het welzijn van een mens in de gebouwde omgeving bepaalt en bestaat uit een complex geheel van parameters.

In deze module worden het thermisch binnenklimaat en de binnenluchtkwaliteit in gebouwen behandeld, vooral in relatie tot de ventilatie van het gebouw. Zie voor een uitgebreid overzicht van leerstof en leerdoelen het betreffende onderdeel in de opleidingsbeschrijving.

Het thermisch binnenklimaat is wellicht de meest in het oog springende invloedsfactor en veelal bepalend hoe men het verblijf in het gebouw ervaart. Er wordt uitgebreid ingegaan op wat het thermisch binnenklimaat inhoudt. Wat is thermisch comfort en hoe kan men dit beoordelen? Welke richtlijnen en eisen gelden er en hoe kan men dit thermisch binnenklimaat optimaliseren, vooral in relatie tot het ventilatiesysteem dat toegepast wordt?

De ventilatie is voor de regulering van het binnenmilieu namelijk van zeer groot belang. Ze is van invloed op zowel thermisch comfort als op de luchtkwaliteit. De mate van ventilatie is ook van invloed op het energiegebruik. De keuze van ventilatiesystemen voor energie-efficiënte woningen zal zorgvuldig moeten worden afgestemd op de bouwkundige eigenschappen en randvoorwaarden van de woning en het daadwerkelijk gebruik. De uiteindelijke doelstelling is om een zo goed mogelijk binnenmilieu te creëren, zowel qua thermisch comfort als qua luchtkwaliteit, tegen zo gering mogelijk energiegebruik. Er wordt ingegaan op de werking van huidige en nieuwe systemen.

Er zal worden gerekend aan de ventilatie in relatie tot de gewenste binnenluchtkwaliteit en de effectiviteit van de ventilatie, het energiegebruik dat dit met zich meebrengt en de randvoorwaarden voor plaatsing van toe- en afvoeropeningen.

In de module wordt tevens ingegaan op mogelijke problemen met betrekking tot het binnenmilieu en de oorzaken die hier verband mee houden.

 

Aan de orde komen:

  • de binnenmilieuparameters die mede de gebruikskwaliteit van gebouwen bepalen;
  • wat thermisch comfort is en hoe dit kan worden beoordeeld;
  • de basisbegrippen en principes van ventilatie;
  • ventilatie in relatie tot de bouwregelgeving, binnenmilieu en energiezuinigheid;
  • de meetmethoden voor ventilatie;
  • trends en ontwikkelingen op het gebied van (energiezuinige) ventilatieconcepten.
  • nieuwe inzichten t.a.v. relatie binnenmilieu – gezondheid n.a.v. recent wetenschappelijk onderzoek.
  • factoren (anders dan ventilatie) die de binnenluchtkwaliteit in gebouwen bepalen.
  • invloed van binnenmilieu op productiviteit en ziekteverzuim.
  • aandachtspunten bij binnenmilieu-onderzoek in probleemgebouwen.

Belangrijke normen en richtlijnen

  • NEN-ISO 7730: NEN-EN-ISO 7730, Gematigde thermische binnencondities. Bepaling van de voorwaarden voor thermische behaaglijkheid.
  • NEN 1087 ‘Ventilatie van gebouwen Bepalingsmethoden voor nieuwbouw’
  • SWK Garantie- en waarborgregeling 2014; Garantiesupplement – MODULE II L
  • NPR 1088 ‘Ventilatie van woningen en woongebouwen. Aanwijzingen voor en voorbeelden van de uitvoering van ventilatievoorzieningen’
  • NEN 2686 ‘Luchtdoorlatendheid van gebouwen Meetmethode’
  • NEN 8087 ‘Ventilatie van gebouwen Bepalingsmethoden voor bestaande gebouwen’
  • NEN 8088-1 ‘Bepalingsmethode voor de toevoerluchttemperatuur gecorrigeerde ventilatie- en infiltratieluchtvolumestromen voor energieprestatieberekeningen’ (deel 2 over uitgangspunten voor de bepaling van de rekenparameters voor alternatieve ventilatiesystemen)
  • NEN 7120 ‘Energieprestatie van gebouwen – Bepalingsmethode’
  • SBR 360.13 ‘Luchtdicht Bouwen’